Do’s & don’ts als je net start met sporten

Je hebt de stap gezet: je gaat aan je fysieke gezondheid werken. Je wil graag wat meer energie, je beter voelen in je vel of misschien heb je wel een ander specifiek doel op het oog. Kortom, je bent klaar om er een lap op te geven. Maar hoe zorg je ervoor dat dit vlot verloopt? En vooral hoe je een duurzame relatie opbouwt met bewegen en het dus volhoudt? Ik help je op weg met de volgende do’s en don’ts!

DON’T

  1. De alles-of-niets mentaliteit hanteren en ineens vollebak gaan

Mensen denken vaak dat als ze beginnen sporten, ze meteen 5/7 moeten gaan knallen in de gym of elke dag 10 km moeten gaan lopen. Maar ineens te hard gaan heeft meestal overbelasting of een blessure als gevolg. Je lichaam is gewoon niet gewend aan al die beweging. Je raakt niet alleen geblesseerd waardoor je niet meer kan sporten, je verliest ook alle moed.

 

2. Opgeven als je de eerste sport die je probeert niet leuk vindt

Je vriendin is altijd zo enthousiast over de crossfitles die ze 3x/week doet en ze heeft je overhaalt om een keertje mee te doen. Maar je vond er echt helemaal niks aan, dus je geeft op want ‘sporten is niks voor jou’. Truth alert: er zijn nog 1001 andere sporten die je kan uitproberen. Geef niet op na 1x proberen.

 

3. Zonder enige kennis eraan beginnen

Op eigen houtje alles uitzoeken vraagt niet alleen tijd, maar kan er ook voor zorgen dat je bepaalde bewegingen niet juist doet, met eventuele blessures als gevolg.

 

4. Je voeding niet afstemmen op hoeveel en wanneer je sport

Voeding is belangrijk als je sport, daar kan je niet omheen. Uiteraard is het bij de ene sport al wat belangrijker dan bij de andere. Maar algemeen kan voeding je enorm tegenhouden als je een bepaald doel wil bereiken. Niet alleen wat je eet, maar ook wanneer en hoeveel je eet heeft een invloed op je sportprestaties.

 

DO

  1. Bouw rustig op en weet dat alle kleine stapjes helpen

Je lichaam heeft een sterke basis nodig. Zo’n basis uitbouwen vraagt tijd, maar je plukt er op lange termijn de vruchten van. Zowel op vlak van frequentie, duur als niveau is het enorm belangrijk om kleine stapjes te nemen. Zo voorkom je niet alleen blessures, maar bouw je ook een haalbaar bewegingspatroon voor jezelf op. Dus leg de lat niet te hoog in het begin. Niemand wordt gelukkig van een te moeilijke training waarvan je het gevoel krijgt niets te kunnen.

 

2. Ga op zoek naar een sport die jij leuk vindt

Je hoeft niet in een bepaald plaatje te passen. Is je ene vriendin fan van yoga, de andere van krachttraining, maar krijg jij energie van badminton? Badminton it is! Je gaat er zoveel meer uithalen (en het ook volhouden) als je voor een sport gaat waar je oprecht gelukkig van wordt.

 

3. Vraag om raad of laat je begeleiden

Als je een complete beginner bent, kan je best iemand op hulp vragen. Je kan die ene vriend die al jaren vaste klant is in de gym vragen om met je mee te gaan en je wat uitleg te geven. Je kan je inschrijven voor een groepsles om bv. de basishoudingen van yoga onder de knie te krijgen. Of je kan een personal trainer inschakelen, iemand die je niet alleen een sterke basis geeft waar je eventueel zelf op kan verder bouwen, maar ook iemand waarbij je terecht kan met al je vragen en struggles.

 

4. Eet voldoende en ga op zoek naar waar jij energie van krijgt

Je lichaam heeft energie nodig om te bewegen. Wat en hoeveel je best kan eten hangt af van ontelbaar veel factoren: persoonlijke voorkeur, lichaamsbouw, genen, welke sport je doet, hoeveel je beweegt op een dag, wat beschikbaar is en ga zo maar door. Daarom is het belangrijk om op zoek te gaan naar wat JOU energie geeft en wat het voor jou mogelijk maakt om je favoriete sport te doen en ook te kunnen blijven doen op een duurzame manier.

 

Liefs,

Jana